Feiten & cijfers over energie

We werken aan een klimaatneutrale bedrijfsvoering in 2030. Daarvoor moet onze CO2-uitstoot omlaag, moeten we overschakelen op hernieuwbare bronnen en is het belangrijk dat we de overgebleven CO2-uitstoot compenseren. Dit noemen we de ‘Trias Energetica’. Sinds 2021 werken we met de CO₂-Prestatieladder. Dit is een CO₂-managementsysteem dat helpt om te sturen op vermindering van de CO2-uitstoot. Informatie over de ministeries en op welk niveau van de CO2-prestatieladder zij staan, vind je hier.

We vatten hier de belangrijkste feiten en cijfers uit de Jaarrapportage Bedrijfsvoering Rijk 2022 (JBR) voor je samen. Wil je ook de rest lezen? Je vindt alle feiten en cijfers in hoofdstuk 2 van de JBR.

Extra gas besparen

Het Rijk wil extra gas besparen met als doel het terugdringen van de afhankelijkheid van Russisch gas, en ter ondersteuning van onze klimaatdoelen. Daarom is in 2022 in ongeveer 200 rijkskantoren waar dat technisch en organisatorisch mogelijk was de verwarming twee graden lager gezet en de koeling twee graden hoger.

De Europese Commissie heeft het winterpakket “save gas for a safe winter” vastgesteld. Daarom zette de rijksoverheid deze winter alle mogelijkheden in om 15% gas te besparen in de Rijksbedrijfsvoering. De afgelopen vijf jaar heeft het Rijk in totaal gemiddeld 74,5 miljoen m3 gas verbruikt. Het ging deze winter dus om een beoogde gasreductie van circa 11,2 miljoen m3 binnen het Rijk. Het 2 graden lager instellen van de temperatuur zou naar verwachting in de kantoren een besparing van vijf tot tien procent opleveren. 

Vanaf 1 augustus tot en met 31 december 2022 is ongeveer 6,8 miljoen m3 minder gas verbruikt binnen het Rijk ten opzichte van het gemiddelde gebruik van de afgelopen vijf jaar. De complete aanpak heeft een besparing van 22 procent opgeleverd. Onderstaande grafiek toont de maandelijkse voortgang van de besparing. Wel zien we door verschillen in scope en definitie een lichte stijging binnen de rijkskantoren over heel 2022. 

Cumulatief verbruik

Cumulatief verbruik
Maand15% reductie doelstellingHistorisch verbruik (5 jaar gemiddelde)Werkelijk verbruik
Augustus170724320085211365601
September440689851845854463844
Oktober9303286109450428746351
November182211182143661016102870
December292582053442141727582961
Januari420875484951476238623201
Februari532525406265004748046699
Maart633556827453609658170489

Toelichting bij de grafiek

  • •    In bovenstaande grafiek is cumulatief aardgasverbruik t.o.v. 5-jarig historisch gemiddelde te zien. Het is van belang dat het daadwerkelijk verbruik onder de lijn van 15% reductie doelstelling blijft. In de grafiek is ook goed aan de helling van de grafiek te zien dat het gasverbruik in de eerste maanden beperkt is en vervolgens toeneemt in de opvolgende maanden.  
  • •    Op basis van de aangeleverde gegevens van de vastgoedportefeuilles is in de periode van augustus 2022 t/m maart 2023 ruim 16 miljoen m³ minder gas verbruikt t.o.v. het historisch verbruik (5 jaar gemiddelde) in deze maanden. Dit komt overeen met een besparing van 22%.
  • •    De stadswarmte voor kantoren kent een besparing van 28.291 GJ t.o.v. 2021. Dit komt overeen met een besparing van 22%.
  • •    De totale periode betrof een relatief zachte winter, met 5% minder graaddagen, maar ondanks dat kunnen we stellen dat de maatregelen effectief waren. 

Uitgangspunten reductie

  • •    De reductie doelstelling is absoluut. Dit betekent dat er niet wordt gecorrigeerd voor een warme of koude periode.
  • •    Daarnaast corrigeert het Rijk ook niet voor groei of krimp binnen de portefeuilles. 
  • •    Alleen de objecten, binnen het Rijksinkoopcontract met een slimme meter, die dus online is uit te lezen, zijn onderdeel van de scope. Dit betekent dat enkele panden, meestal kantoren (huur of DBFMO), waarbij de beheerder niet heeft gekozen om mee te doen aan het veelal goedkopere Rijksinkoopcontract, niet mee zijn genomen in de rapportage. 
  • •    De cijfers geven het verbruik en reductie weer van aardgas. Voor de rijkskantoren wordt ook het verbruik en de reductie van stadswarmte gerapporteerd. Dit doen we omdat de meeste kantoren in Den Haag, Rotterdam en Maastricht stadswarmte ontvangen in plaats van gas, en anders een belangrijk deel van de portefeuille niet wordt meegenomen. Op dit moment is gekozen om de stadswarmte als aparte eenheid te rapporteren. Hiervoor zijn alleen referentiegegevens bekend van 2021, en dus niet een vijfjaarsgemiddelde vanaf 2017.  Afhankelijk van de bron van de stadswarmte kan dit ook in aardgasreductie worden omgerekend. 
  • •    De rapportage is opgebouwd uit verschillende aansluitingen maar wordt in eerste instantie gerapporteerd voor één totaal reductie percentage voor het gehele Rijk.
Brontabel als csv (376 bytes)

Energieverbruik rijkskantoren

Een deel van de energie die we gebruiken is afkomstig uit fossiele brandstoffen. Denk aan aardolie, aardgas en kolen. Deze brandstoffen zorgen voor de uitstoot van broeikasgassen en veroorzaken opwarming van de aarde of klimaatverandering. Daarom wil de Rijksoverheid steeds minder fossiele brandstoffen gebruiken. In 2030 moet het energieverbruik van de rijkskantoren in vergelijking met 2008 met 50 procent zijn verminderd. 

In 2019 stelde het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) een uitgebreide routekaart voor de verduurzaming van het kantorenstelsel op, die deze ambitie concreet maakt. Vervolgens stelden zij een tweede routekaart op om - naast de invulling van de energieaanpak die centraal stond in de eerste routekaart - ook de ambities voor circulariteit, klimaatadaptatie en ruimte voor biodiversiteit verder uit te werken. Hier lees je meer over de routekaarten voor de kantoren.

Het totale energieverbruik van de kantoren in 2022 is vergeleken met het jaar daardoor licht gestegen. In 2022 gebruikten we 1.187 terajoules aan energie, en in 2021 was dat 1.176 terajoules. De lichte stijging komt onder meer omdat sinds de versoepelingen van de coronamaatregelen begin 2022 weer meer medewerkers naar kantoor zijn gekomen. Gemiddeld hebben de kantoren in 2022 net als vorig jaar energielabel A. 

Energieverbruik rijkskantoren in terajoules

Energieverbruik rijkskantoren in terajoules
JaartalAardgasverbruikElektriciteitsverbruik
2020533496
2021612565
2022505682
Brontabel als csv (90 bytes)

Gasverbruik

Om succesvol met de energietransitie door te gaan, willen we onze panden verwarmen met een duurzaam alternatief voor aardgas. Omdat warmte een lokale energievorm is, is dit een uitdaging. Warmtepompen zijn voor sommige panden een oplossing. Maar we kunnen onze gebouwen ook aansluiten op regionale oplossingen, zoals stadswarmte op basis van geothermie. Bij nieuwbouw of grote renovatie sluiten we een kantoor voortaan af van het aardgasnet.  In 2030 willen we 30 procent minder aardgas gebruiken dan in 2019.  In 2022 is het aardgasverbruik gestegen van 1.524 terajoules naar 1531 terajoules. Dit komt omdat er meer medewerkers naar kantoor komen sinds de coronaversoepelingen begin 2022. 

Aardgasverbruik in terajoules

Aardgasverbruik in terajoules
JaarAardgasverbruik in terajoules
20191642
20201571
20211524
20221531
2030 (doel)1100
Brontabel als csv (98 bytes)

Hernieuwbaar gas

Hernieuwbare gassen zijn een duurzame vervanging van aardgas. Onder hernieuwbaar gas vallen soorten gas die zijn opgewekt uit hernieuwbare bronnen, zoals gft, houtsnippers of mest. Het Rijk streeft ernaar dat in 2030 de helft van het gebruikte gas afkomstig is uit hernieuwbare bronnen. Vanaf 2023 koopt het Rijksvastgoedbedrijf een klein deel duurzaam gas in. In de jaren daarna gaat dit volume langzaam omhoog. Hiervoor moet de duurzame gasproductie wel toenemen.

Hernieuwbare elektriciteit

In het Klimaatakkoord heeft de Rijksoverheid zichzelf als doel gesteld om in 2030 alleen nog maar hernieuwbare elektriciteit te gebruiken. Hernieuwbare elektriciteit komt uit natuurlijke bronnen en wordt voortdurend aangevuld. Dat gebeurt met windturbines op zee en land en met zonnepanelen op daken en in zonneparken. Nu al koopt de Rijksoverheid honderd procent windenergie in, maar die komt nog voor de helft uit andere Europese landen. Uiteindelijk wil het Rijk alleen in Nederland opgewekte windenergie gebruiken. Een ander doel is om 80% van de geschikte daken van overheidsgebouwen te bedekken met zonnepanelen voor 2030. In 2022 werd de helft van de groene stroom opgewekt uit Nederlandse windenergie, de rest uit Europese windenergie. 

Hernieuwbare elektriciteit

Hernieuwbare elektriciteit In aandeel per soort
JaartalEuropese windenergieNederlandse windenergie
201757%43%
201843%57%
201943%57%
202040%60%
202151%49%
202250%50%
2030 (doel)0%100%
Brontabel als csv (159 bytes)