Combineer vervoersmiddelen: “Maak die duurzame reis financieel aantrekkelijk”

Een vergoeding van verschillende vervoermiddelen voor woon-werkverkeer of dienstreizen zou mensen stimuleren om zo duurzaam én tijdsefficiënt mogelijk te reizen. Tijd dus om die vergoeding in de cao voor rijksambtenaren vast te leggen! Johannes Velema, werkzaam bij licentiebeheer van de Belastingdienst, en Mark van Hooven, accountant bij het ministerie van Financiën, werkten dit idee uit in de pilot verduurzaming CAO Rijk. Dat deden ze samen met hun teamgenoten Linda Heeman, beleidsadviseur arbeidsvoorwaarden en rechtspositie bij Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) en Lars de Bie, inspecteur systeemtoezicht bij de Autoriteit Persoonsgegevens. Want juist ook dit soort cao-bepalingen kan mensen verleiden om duurzaam te reizen.

Het experimentteam tijdens een brainstormsessie in de Werkspoorkathedraal in Utrecht.

Op dit moment maken mensen vaak een keuze tussen een reis per auto of een reis per openbaar vervoer, soms in combinatie met fiets. Maar veel collega’s zouden het meest duurzaam én tijdsefficiënt naar het werk kunnen reizen met een combinatie van soorten vervoer. Je gaat bijvoorbeeld met de auto naar een ov-hub (een station of bus-knooppunt), pakt daar een trein of bus en sluit je reis daarna af met een ov-fiets of een stukje wandelen. Of je gaat voor een dienstreis eerst met de trein en neemt daarna een deelauto voor het laatste stukje naar een bestemming die met openbaar vervoer slecht bereikbaar is. Deze combinatie van vormen van vervoer zijn nu niet altijd mogelijk of worden niet vergoed.

“Ik zou zelf graag duurzamer willen reizen van en naar het werk”, vertelt Mark. “Ik zie op dat gebied praktische belemmeringen, maar ook duurzame oplossingen. Zowel voor stadsbewoners zonder eigen auto als voor bewoners van de regio, voor wie er geen passende ov-voorzieningen dichtbij huis zijn, en voor collega’s die op buitenlocaties of in 24/7-dienstroosters werken, buiten de reguliere werktijden. Die ideeën wilde ik graag inbrengen. Geweldig dat daar de mogelijkheid voor kwam in de pilot voor een duurzamere cao." Ook Johannes twijfelde geen moment om zich aan te melden. “Ik ga bijna met pensioen, maar wil graag nog iets bijdragen aan een duurzamere cao voor alle huidige en toekomstige rijksambtenaren.”

Hoe groot is de verleiding?

Mark, Johannes, Lars en Linda werden tijdens de eerste bijeenkomst van de pilot verduurzaming CAO Rijk aan elkaar gekoppeld om het idee uit te werken. Aan hen de taak om te experimenteren met een vergoeding van verschillende vervoermiddelen binnen één reis. Trekt het collega’s daadwerkelijk over de streep om duurzamer te reizen? Is een vergoeding voldoende stimulans? Om dat te kunnen vaststellen, zette het team een peiling uit onder collega’s vanuit alle organisaties van de Rijksoverheid.

“Het experiment dat wij op poten zetten, was vooral een uitgebreide behoeftepeiling”, vertelt Mark. “Die verspreidden we via publicaties op Rijksportaal en via een aparte mailbox. We kregen een goede respons en waren in de zomer druk met het interpreteren van de resultaten. Verder hebben we veel tijd gestoken in een ander experiment dat we wilden uitvoeren, maar dat uiteindelijk niet kon doorgaan. Namelijk het verruimen van de opties op de Shuttelkaart. Dit is de mobiliteitskaart van leverancier Shuttel die medewerkers als OV-chipkaart voor woon-werkverkeer en dienstreizen mogen gebruiken. Daar zaten helaas juridische haken en ogen aan, op het gebied van inkoopcontracten.”

Inzet en eigen tijd

Waar het team begon met acht leden, waren uiteindelijk slechts vier collega’s betrokken bij de uitvoering van de experimenten. Tot uiteindelijk zelfs Linda en Lars niet genoeg tijd meer vrij konden maken voor de pilot. Volgens Johannes heeft dat onder meer te maken met onduidelijkheid over het geplande tijdsbeslag van de activiteiten. “Ook Mark en ik hebben een drukke, fulltimebaan. We hebben de werkzaamheden voor de pilot daar nagenoeg volledig in eigen tijd naast gedaan. Hadden wij meer tijd gehad, dan hadden we ons idee ook graag nog verder uitgewerkt.”

De behoeftepeiling leverde het team een goed beeld op van wat collega’s belemmert om voor woon-werkverkeer en dienstreizen overwegend duurzame reisopties te kiezen. Voorbeelden zijn een te grote afstand tussen huis en station of een bus die vaak uitvalt. Het team ontdekte zowel in de systemen van de Rijksoverheid als in de oplossingen bij bestaande aanbieders of andere aanbieders op de markt heel veel mogelijkheden om deze belemmeringen weg te nemen, zoals deelvervoer. “Maar dan moet de Rijksoverheid die wel willen aanbieden en de aanbestedingstechnische, fiscale en eventuele overige juridische uitdagingen voortvarend ter hand nemen.”

v.l.n.r. Johannes Velema, Mark van Hooven en Linda Heeman.

Oplossingen en milieuwinst

Het onderzoek van de teamleden leverde heel wat mogelijke oplossingen op in de arbeidsvoorwaarden, P-systemen en reisfaciliteiten, zoals flexibelere declaratiemogelijkheden, een soort Tinder voor carpooling en uitgebreidere opties op de Shuttelkaart. Alleen al door die oplossingen te realiseren, kan er volgens Johannes en Mark een significante reductie in het aantal autokilometers van rijksambtenaren bereikt worden in een nieuwe cao-periode. “En de auto is grofweg tien keer vervuilender dan het openbaar vervoer”, licht Johannes toe.

Belangrijk is een goede landelijke dekking van beschikbare ov-opties, ook tussen stad en regio. “Een treinreis op een regenachtige dag, staande in een treinportaal als haringen-in-een-ton, wordt nooit aantrekkelijk”, merkt Johannes op. “Maar een treinreis met een zitplek, zodat je stukken kunt lezen of mails kunt afwerken, is juist aantrekkelijker dan een autorit in de file!” 

De pitch was voor beide heren niet naar eigen tevredenheid verlopen. “We hadden gedacht wat meer tijd te hebben”, vertelt Johannes. “Maar ondanks dat kregen we wel het idee dat de jury ons idee omarmde.” “Ook de vakbonden waren enthousiast over ons idee”, vult Mark aan. “Met kleine wijzigingen in bestaande processen en systemen kun je namelijk al heel veel bereiken. Aan de andere kant is ons idee niet het makkelijkst te realiseren; mobiliteit raakt alle collega’s en een wijziging hierin is juridisch en fiscaal best ingewikkeld.”

Persoonlijke ontwikkeling dankzij de pilot

De teamleden zijn het erover eens dat ze veel van hun deelname hebben geleerd: “Er is door het ministerie van BZK behoorlijk geïnvesteerd in deze pilot en in ruil voor onze inzet en tijd hebben wij veel opgestoken”, vindt Mark. “Hoe je een uitdaging in beeld kunt brengen met alle aspecten en invalshoeken die daarbij van belang zijn, en hoe je dit beeld kunt omzetten in een relevant experiment.” Johannes kan zich daarin vinden: “Ik ben tester geweest dus ik weet hoe belangrijk het is om in kleine stapjes voorwaarts te bewegen. Ik denk dat we dat goed hebben aangepakt met de groep. Door het idee kleinschalig te houden is de uitvoering haalbaarder en daardoor beter te verkopen. Daar konden we de hulp van het kernteam van de pilot en de door hen ingeschakelde experts goed bij gebruiken.”

Mark: “Op elke ‘Design voor Duurzaam’- dag waren er interessante workshops van gastsprekers. Een daarvan was bijvoorbeeld Impact Institute. Zij leerden ons onder meer hoe je de impact van de uitkomsten in beeld krijgt en hoe je die maatschappelijk weegt. Ook vond ik het leerzaam om in de workshop van Presentu te zien hoe je de uitkomsten effectief onder de aandacht van beleidsmakers kunt brengen. Ik denk dat veel jonge en ook oudere deelnemers een behoorlijke persoonlijke ontwikkeling hebben doorgemaakt. Dat neem je weer mee in je dagelijks werk.”

En nu?

Inmiddels is fase twee van de pilot gestart. De 14 experimenten zijn vertaald naar vijf hoofdthema’s: IDKB, Werkplek, ICT, Mobiliteit en Gedrag & Cultuur. In Fix-it sessies, voortbordurend op de Design voor Duurzaam methode, gaan we aan de slag om de via de experimenten opgehaalde inzichten van medewerkers aan de organisatie aan te bieden. Kunnen ze aanhaken bij bestaande projecten? Is een vervolg experiment een optie? Wat zijn de mogelijkheden voor de cao? En ‘we’ dat zijn de experimententeams, collega’s uit de bedrijfsvoering, collega’s betrokken bij de cao en het kernteam. Onlangs vond een eerste sessie plaats met de rijksbrede (inkoop)categorie vervoer over de mogelijkheden voor een pilot over deelvervoer.